Willemiek en ik gaan altijd fietsen op vakantie en Ierland is daarbij populair. In 2014 deden we een rondje vliegveld Knock-Limerick-Burren-Galway-Louisburg-Knock. Het is alleen al daarom romantisch dat we delen van de tocht zo’n 30 jaar geleden ook al gedaan hebben, toen we nog geen kinderen hadden en West-Ierland een stuk primitiever was. Het heette toen The Dying West en je rook turf en zag rachitis en slechte gebitten. Mede door de EU (het moet gezegd worden) is het leven er enorm verbeterd. Voor vakantiedoeleinden is dat, alleen al vanwege de onderkomens en de restaurants, hoogst comfortabel.
Dit jaar was het zelfs voor Ierse begrippen goed weer.
Het West-Ierse landschap is vaak romantisch en soms rauw, en de Ierse geschiedenis soms romantisch en vaak rauw. Zo ook een stukje van de route, Doolough Pass (ons dus nog vaag bekend van 30 jaar geleden).
Het meer is Doolough, het Zwarte Meer.
In maart 1849 was de Ierse hongersnood was op zijn ergst.
Er was in Louisburgh “Indian Corn” dat de Engelsen zelf niet lustten en daarom in Ierland verspreid mocht worden. Meer dan 600 al uitgehongerde mensen kwamen er op af. Maar de Guards in Louisburgh zeiden dat ze niet de bevoegdheid hadden om uit te delen en stuurden de menigte naar Delphi Lodge, 18 km en aan de andere kant van de pas, over wat toen nog een geitenpad was. ‘s Nachts stierven al veel mensen op straat in Louisburgh en zo’n 500 mensen trokken de dag erop naar Delphi Lodge, waar het gezag aan het lunchen was en niet gestoord wenste te worden. Daarna kreeg de menigte op Delphi Lodge ook geen eten en onderdak. Ze moesten terug naar Louisburgh, in inmiddels een ijskoude storm. De verhalen noemen tussen de 100 en de 400 gecrepeerde slachtoffers. Er zijn mensen die het Engelse handelen ten tijde van de Ierse hongersnood genocide noemen en ze hebben een punt.
Veel lijken zijn nooit teruggevonden omdat ze in het meer zijn gewaaid. Het meer doet zijn naam eer aan.
De Ierse hongersnood heeft een reden en een directe oorzaak.
De reden is de wrede koloniale verhoudingen zijdens de Engelsen en de daaruit voortvloeiende minachting en onderdrukking van de Ieren.
De directe oorzaak is de phytophtora-schimmel, die in een paar weken tijd de gehele Ierse aardappeloogst verwoestte en dat enkele jaren achtereen. Het ging zo hard dat je de rottende aardappelen boven de grond kon ruiken, aldus Robinson in zijn boek over Connemara.
Ik heb inmiddels grondig de schurft aan koloniale verhoudingen en aan de phytophtoraschimmel.
De koloniale verhoudingen zijn niet meer wat ze geweest zijn.
De phytophtoraschimmel daarentegen is nog steeds kicking and alive, Zowat de helft van alle bestrijdingsmiddelen in Nederland gaat op aan aardappelen. Als het Wageningse Durph-project er in slaagt om met een milde vorm van genetische manipulatie de aardappel meerdere resistenties tegen de phytophtora tegelijk te geven, moeten ze de hemel in geprezen worden.