De nonnen van Tuam (revisited 18 nov 2024)

Ik vond het in eerste instantie opmerkelijk dat er ineens heel  veel belangstelling was voor een reisartikel op deze site over een vakantie in 2014 (dat was zelfs voordat deze site startte, het is er met terugwerkende kracht naar 13 augustus 2014 opgezet).
In augustus 2018  heb ik nog een kort vervolgartikel aan gewijd naar aanleiding van een vergelijkbare situatie die in Nederland speelde (bij de Zusters van de Goede Herder). Zie www.bjmgerard.nl/de-meisjes-van-de-goede-herder/ .

De reden voor deze onverwacht oplaaiende belangstelling (zoals ook een lezer van deze site al meldde) is een thriller met romantische neventhema’s, die Marelle Boersma op het kinderhuis in Tuam gebaseerd heeft en die in 2023 verscheen. Blijkbaar is het boek veel gelezen en zijn veel mensen gaan googleen.

Ik heb het boek voor mijn verjaardag cadeau gekregen en het inmiddels gelezen. Ik vind het wel een goede thriller. En omdat ik bij elke 1000ste tik op mijn homepage er een persoonlijk getint artikel tegen aan gooi, en de 40.000ste zojuist gepasseerd is, nu even een paar woorden over het boek van Boersma.

Voor zover het om feitelijke zaken gaat, heeft Boersma haar research redelijk op orde. De locatie klopt, de getallen kloppen, de ontdekking van de crypte door kinderen klopt, en de hoofdpersoob Maureen is expliciet gemodelleerd op de hieronder genoemde Corless, en de sfeerbeschrijving van Ierland in die tijd klopt. En inderdaad ontstond er interesse voor adoptiekwesties.
De criminele en romantische verwikkelingen zijn geheel voor rekening van de dichterlijke fantasie van Boersma. Onder deze verwikkelingen ligt geen historisch vastgestelde basis..
Omdat mijn stiel niet die van literair criticus is, laat ik het bij de vaststelling dat ik het boek met plezier en zonder ergernis gelezen heb.

Waar echter in het boek gepleit wordt om voor waarheidsvinding onder oppervlaktes te graven (dit letterlijk en figuurlijk), had, wat  mij betreft, Boersma nog wel iets verder mogen graven naar de wortels van de Ierse geschiedenis.
In 1925, toen de Zusters begonnen, had Ierland zich net uit een koloniale Engelse overheersing met dramatische hongersnoden en massa-emigratie vrijgevochten met eerst een onafhankelijkheidsoorlog en toen een burgeroorlog. Het land was voor die tijd al kapot en na die oorlogen nog kapotter. Ongetwijfeld was het binnen het opvangpand niet best. Maar erbuiten was het niet veel beter (zie  hieronder voor wat cijfers). Boersma schetst teveel het opvanghuis als een geïsoleerde misstand in een niet verder uitgewerkte grotere context.
Idem de positie van de RK Kerk. Daarover kan inderdaad veel negatiefs gezegd worden, maar de machtige positie  heeft zijn historische oorzaken, o.a. als drager van een stuk nationale identiteit tijdens de koloniale periode tegenover een bezettingsmacht met een eigen Engelse staatskerk.
Overigens is Ierland de laatste jaren (eigenlijk sinds ze in de EU zitten) vèrgaand gemoderniseerd, zowel materieel als geestelijk. De succesvolle campagnes voor g rotere abortusvrijheid en het homohuwelijk worden als voorbeeld voor burgerberaden elders gehanteerd. De RK Kerk is terug in zijn hok.

Maar ik moet zeggen dat ik niet geheel onbevooroordeeld  ben. Ik heb een zwak voor Ierland en mijn vrouw en ik hebben er in onze jongere jaren veel gefietst.
Hieronder het op de fietstocht van 2014 gebaseerde artikel.
De meeste foto’s van het Ierse landschap komen van elders uit Ierland.


Het landschap van Doolough Pass

Onze vakantie in Ierland in 2014 begon met een vliegreis met onze fietsen naar vliegveld Knock (wat in het Iers ‘heuvel’ betekent, en dat is adequaat), en een overnachting in het nabijgelegen Swinford (waarover weinig te vertellen valt). De dag erop zijn we naar Tuam gefietst, want dat lag op de goede afstand de goede kant op en er is een redelijk hotel. ‘Tuuwam??’ zei de mevrouw van de bed and breakfest met een grote grijns. Na een blik op de kaart ‘you mean Tsjoeoeoem – the fastest place in Ireland’. Ieren zijn een literair volk, soms meer dan goed voor ze is.

Tsjoeoeoem heeft zo ongeveer het minste stedeschoon van heel West-Ierland en het zou volstrekt onbekend gebleven zijn, ware het niet het verhaal van de nonnen van Tuam dat het de wereldpers haalde (oa met onthullingen in The Guardian) en daarna de sociale media. Het is een leerzaam verhaal over de recente Ierse geschiedenis, de RK Kerk en nog meer over het functioneren van de social media.
Zie voor een verhaal in The Guardian http://www.theguardian.com/world/2014/jun/13/mother-behind-galway-childrens-mass-grave-story .

Het gaat om St. Mary’s Mother and baby Home van de Bon Secours Sisters. Het heeft gefunctioneerd van 1925 tot 1961. Het was in Ierland in die tijd een schande als je ongehuwd moeder werd en de RK Kerk voorzag in een oplossing van dit zelf gecreëerde probleem met tehuizen zoals in Tuam (en met de Magdalena Laundries bij recidive).

In 1975 vonden twee spelende kinderen een oude septic tank op het inmiddels verlaten complex met menselijke resten (ongeveer 20, meende een van deze kinderen veel later).
In 2012 publiceerde Catharine Corless, een locale historica, een artikel over het tehuis. Het was haar opgevallen dat er wel 796 doodsbewijzen bestonden van kinderen in dit tehuis, maar dat er slechts twee begraven waren op reguliere begraafplaatsen in de buurt. De rest moest ergens in een ongemarkeerd graf liggen. Dat was overigens de gebruikelijke gang van zaken in Ierland in die tijd. Tot die ongemarkeerde plaatsen behoorde de in de (inmiddels tot crypte omgebouwde) septic tank.
Het was Corless in eerste instantie te doen om erkenning en om een fatsoenlijk grafmonument, waaraan later door andere aan toegevoegd adoptieoverzichten.

Corless kreeg in haar eigen streek eerst geen poot aan de grond (‘Het zullen wel slachtoffers van de hongersnood zijn’ wat overigens in Ierland geen absurde gedachte is). Maar via de sociale media kreeg een familielid in Dublin lucht van Corless’ lokale verhaal en toen explodeerde de kwestie. Zelfs geheel out of control. Corless zelf was erg precies geweest, maar in een mum van tijd gingen de gruwelijkste horrorverhalen de ronde doen. De precisie in de pers was ver te zoeken en op de sociale media nog minder. Zelfs nazi-Duitsland kwam langs in de commentaren.
Ieren zijn gek op woorden en gaan een stevig debat niet uit de weg.

Het feitenmateriaal is intussen schaars. Het getal 796 staat vast, de septic tank staat vast maar is niet opgegraven, er zijn schaarse inspectierapporten en er zijn ooggetuigeverhalen die echter vaak op andere tehuizen betrekking hebben. De Ierse regering heeft een gerechtelijk onderzoek ingesteld en dat is het beste dat ze kunnen doen (en ook het enige). Op 19 febr 2015 werd bekend dat dat nog wel even kan duren.

A memorial at the spot where 796 children may have been buried in Tuam, Galway. Photograph: Patrick Bolger

Algemeen wordt erkend dat het in de tehuizen erg was, maar de vraag is of het er erger was dan elders in Ierland. Met name West-Ierland is heel lang armoedig en onontwikkeld gebleven. Toen Willemieke en ik er in de jaren ’80 rondfietsten was het eten zelfs voor gewone Ierse bevolking niet goed – iets wat overigens tegenwoordig drastisch verbeterd is. Je kon er toen praktisch geen groente en fruit kopen en je zag overal rachitis en slechte gebitten. Niet voor niets heette het westen van Ierland toen “The dying West”. West-Ierland, een van de mooiste gebieden ter wereld, is een slechte plaats om te wonen als je weinig geld hebt en geen goed huis. (Kamperen moet er worden afgeraden. Doe bed and breakfest, de meeste Ieren zijn vreselijk aardig, of anders een hotel).

In een reactie op een door velen vanwege het scepticisme verketterd artikel van het Internet Magazine Spiked van Brendan O’Neill (een zeer Ierse naam, maar het adres is in Londen) becijfert iemand dat het sterftepercentage in ‘Tuam’ 8,3% was tussen 1925 en 1937 tegenover (bijvoorbeeld) 8,9% in Cork en 13,2% in Limerick. Daar staat een inspectierapport tegenover uit 1947 met het gegeven dat er in ‘Tuam’ 79 babies onder de één jaar bij kwamen en dat er 25 overleden (31%). In dat jaar stierven gemiddeld in andere Ierse tehuizen 17% van de kinderen, meestal aan infectieziektes (in die tijd waren er nog nauwelijks antibiotica beschikbaar). Epidemieën hadden in de arme en overbevolkte tehuizen vrij spel.

Ik laat het eindoordeel aan de Ierse rechtsstaat.

Mijn indruk (voor wat die waard is) is dat de zusters van de Bon Secours in zekere zin pech gehad hebben. Er heeft zich in de afgelopen jaren rondom de RK Kerk in Ierland een zwaar onweer opgebouwd vanwege het anti-abortusstandpunt, voorbehoedsmiddelen, de acceptatie van homoseksuelen, en kindermisbruik door religieuzen. De RK Kerk heeft te laat gezien dat de wereld veranderd is, ook in Ierland.
Het onweer is losgebarsten en min of meer toevallig trof die met terugwerkende kracht de zusters van de Bon Secours in Tuam.

Killary Harbour bij Leenaun (West-Ierland)

(versie van 13 aug 2014 had dd wijziging 4318 views)

Hallo bezoeker!

Leuk dat je mijn site bezoekt!
Ik wil op deze site aandacht besteden aan maatschappelijke zaken in het overgangsgebied tussen milieu en duurzaamheid, natuurwetenschappelijke discipline, politiek werk en acties op deze gebieden. Ik heb hierbij voorkeur voor onderwerpen die voor Noord-Brabant van belang zijn. Elders op deze website vind je tot welke concrete lidmaatschappen en maatschappelijke functies dat leidt.
Ik verwelkom iedereen op mijn site die hier ook iets mee wil.

Daarnaast staan er ook persoonlijke accenten tussen de boodschappen.

In de artikelen op deze site kun je zien hoe ik over de dingen denk. Je kunt me ook een vraag stellen (zie de tekst onder de foto).

Om artikelen te vinden werkt de “categorie-knop” het gemakkelijkste. Dat is een  hierarchische rangschikking op (deel)onderwerp.

Bedenk dat bij elk artikel een datum staat. Na artikelen treden ontwikkelingen op die de inhoud van het artikel kunnen ondergraven. Kijk altijd even of er nog een later artikel is.

En wees sowieso sceptisch als iemand iets beweert, zelfs als ik dat ben.

Voor geen enkel artikel op deze site is ChatGPT gebruikt.

Als u mij een vraag wilt stellen die geen betrekking heeft op een concreet artikel (bijvoorbeeld om iets uit te zoeken waar ik nog niet over geschreven heb), wilt u dat dan doen als commentaar bij deze passage?


Bij de RABO-bankdemonstratie dd 16 mei 2023 met Miss Piggy


Bij het Einsteinmonument in Ulm (Einstein is daar geboren). Ik vind het overigens geen mooi monument, maar ik heb grote bewondering voor Einstein..
09 juli 2023

Maasklei, keramiek, dijkverzwaring en ruimte voor de Maas

Elke duizendste keer dat iemand op de homepage van mijn website klikt, een verhaal met een wat meer persoonlijke en een wat minder wetenschappelijke en politieke tint als normaliter op deze website. Nu naar aanleiding van de 39000ste tik op mijn neus.

De Dutch Design Week
Vandaag eindigt de Dutch Design Week (DDW) in mijn woonplaats Eindhoven. Het is een druk bezocht evenement, waarin in een groot scala aan onderwerpen en handelingen, overgoten met een ergerlijk designjargon, aan den volke gepresenteerd wordt. Dit liefst in het Engels.
Soms is het niks, soms is het amusant, soms zie je een goed idee dat niet praktisch is en soms gaat het over iets waar je wat aan hebt.

Ik had het druk en daarom weinig tijd, dus ik heb me vandaag beperkt tot twee projecten in de kantlijn.

Het ene was het project NextUp op het Stationsplein. Dat moest op een of andere manier betekenisvol zijn voor de ontwikkeling van Knoop XL, een grootschalige ontwikkeling van het Eindhovense Stationsgebied. Over dat project kun je boeken volschrijven en feitelijk hebben de dossiers erover al die omvang, maar ik laat het erbij dat het een spanningsveld is tussen goede bedoelingen en harde realiteiten. Maar NextUp ging een pietsie over de goede bedoelingen en niet over de realiteiten. Ik was er snel weer weg.

Het andere was het project van AtelierNL en van het provinciale programma Meanderende Maas. Dat was goed en men sprak gewoon Nederlands.

Mijn vrouw en ik hebben veel in het Rivierenland gefietst en we vinden het mooi (meestal).

https://innovaviewer.nl/meanderendemaas/img/intro-bg.jpg

De Meanderende Maas
De Maasdijk tussen Ravestein en Lith moet aan de Brabantse kant versterkt worden (de Gelderse kant is sterk genoeg). Voor die versterking bestaan goede redenen, onder andere dat als de dijk het begeeft, Oss en Den Bosch onder kunnen lopen.  
Dijkverzwaring is tegenwoordig meer dan alleen maar inzet van bulldozers en betonmolens. Het is multidisciplinair en er werken dan ook tien organisaties mee aan het project (met Waterschap Aa en Maas als trekker).
Voor een beschrijving zie https://www.meanderendemaas.nl/over-het-project/ .
Het  Ruimte voor de Rivier-beginsel uit 2007 is een van de beste ruimtelijke ordening-besluiten van de laatste jaren ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Ruimte_voor_de_rivier en https://www.deltaprogramma.nl/gebieden/rivieren/maas ). En zeker ook de Maas moet die ruimte ook krijgen, ook tussen Ravestein en Lith.
Vervolgens leent die vrijgekomen ruimte zich goed voor recreatie en natuurontwikkeling.
Het project heeft dan ook veel draagvlak en in juli 2024 was de besluitvorming geheel rond. De schop kan de grond in.

Zes kuub Maasklei

AtelierNL
Het keramische AtelierNL ( https://www.ateliernl.com/ en https://www.ateliernl.com/about en https://ddw.nl/en/programme/12535/meanderende-maas ) wil mooie dingen maken uit natuurlike materialen, ook al is de website geheel in het Engels (zelfs zonder vertaling). De twee dames Nadine Sterk en Lonny van Ryswyck kijken in ‘about’ vastberaden de lens in zonder dat duidelijk wordt wat ze precies bedoelen, maar als men die lichte irritaties naast zich neerlegt, is het verder een goede website.

De link tussen de Maas en het Atelier bestaat uit klei.
Bij het project Meanderende Maas wordt vier miljoen kuub klei afgegraven. Die gaat naar de dijkverzwaring binnen of buiten het traject Ravestein-Lith, en naar steenfabrieken.
AtelierNL heeft inmiddels zes kuub Maasklei ontvangen en een deel daarvan ligt als een imposant lijkende berg op de vloer van hun atelierruimte (de berg is hol omdat anders de vloer het begeeft, maar dat zie je niet). De bruine kleur komt van ijzeroxide.

Klei in Nederland

Tijdje met Hans van Engen staan praten, projectleider namens provincie en Waterschap Aa en Maas), van huis uit landschapsarchitect.
De stapel klei bevat een klein beetje PFAS want alles bevat een klein beetje PFAS. De klei in verhouding niet zoveel, want alleen de bovenste laag bevat wat. In de Romeinse tijd was er nog geen PFAS.
Verder ook nog wat gepraat over de non ferro en de Dommel, maar dat is een apart onderwerp.
En dat ik in mijn middelbare schooltijd vakantiewerk gedaan heb in de ouderwetse steenfabriek van Osse in het Twentse Losser (https://fabriekofiel.com/losser/ , zeeklei uit het Tertiair met nog fossielen erin – handmatig om de zoveel dagen al die stenen omkeren die moesten drogen voor ze de over ingingen). Mijn vader heeft ook nog een blauwe maandag bij Osse gewerkt in de vooroorlogse crisistijd.
Een genoeglijk gesprek.

AtelierNL maakt van die klei best mooie dingen. Zes kuub is 9000 borden. Ze kunnen even vooruit.

Fietsen naar de Sahara

Vooraf
Elk jaar gaan mijn vrouw en ik op fietsvakantie, dit jaar in Denemarken. Verstandig om vooraf wat trainingsritjes in te plannen en deze ging naar de Sahara – de Lommelse Sahara wel te verstaan, bij Luyksgestel net over de Belgische grens. De trigger was een artikel van hoofdredacteur Lucas van Houtert in het Eindhoven Dagblad van 10 maart 2024 ( alles-ging-langzaam-dood-rond-de-zinkfabriek-zo-ontstond-de-lommelse-sahara ).

Nu is het onderwerp niet nieuw in deze kolommen. Ik heb in de-belgische-non-ferro-raffinage-met-uitlopers-in-zo-brabant/ een artikel afgedrukt dat ik in 1984 voor het SP-blad De Tribune heb geschreven. Dat is dus net 40 jaar geleden en nog eens tien jaar eerder is de fabriek in kwestie gesloopt. Ook twee jubileums dus.

De Sahara (de naam is uit de volksmond en snel overgenomen) is een surrealistisch gebied met extreme enerzijds-anderzijds tegenstellingen. Wat je ziet is vaak niet wat je denkt dat je ziet.

Wie meer over de geschiedenis wil lezen, kan terecht bij het Lommelse Erfgoedhuis ( https://www.erfgoedlommel.be/ ). Daar komen ook de foto’s van de voormalige fabriek vandaan.

Enerzijds
Dit gebied was vroeger straatarm, er waren geen vakbonden en het was dunbevolkt. Vandaar dat er een heleboel vervuilende non-ferro bedrijven neergeplant zijn, o.a. om de geroofde Kongolese ertsen te verwerken.

Er staan nog twee zinkfabrieken in Balen (die nog steeds zink produceert) en Pelt (die tegenwoordig zinkresten recyclet). De Lommelse fabriek heeft als Dritte im Bund er gestaan van 1904 tot de sloop in 1974.

De fabriekseigenaren hadden het soort patronaatsysteem dat Philips in Eindhoven, met andere accenten, ook had. Er was zowat niks, dus zorgde de baas voor huizen (voor die tijd relatief goed, maar de luxe daalde met de stand van de bewoner), eigen ontspanning, onderwijs  en ook anderszins geestelijke ondersteuning, wat goed van pas kwam want bepaalde functies waren levensgevaarlijk.
Wijknamen als Lommel-werkplaatsen en Overpelt-fabriek getuigen er nog van.

De fabriek stond op de Maatheide, toen een natuurgebied met bos, heide en moeras. Maar dat veranderde snel.
De zinkproductie, indien slecht vormgegeven, kan extreem vervuilend zijn. Het bij roosten van de ertsen (vaak sulfides) komt veel zwaveldioxide vrij. In de toen gebruikte hoogovens ontstaat zuiver zink in de dampvorm en die damp condenseert tot fijn zinkstof dat voor  een deel ontsnapt.
Bovendien bevat zinkerts vaak ook bijgemengd cadmium, lood en arsenicum en dat komt ook vrij.

Het duurde niet lang of alle vegetatie rond de fabriek begon af te sterven. Daarna kwam het kale zand vrij te liggen en zo lag er in de jaren ‘1930 rond de fabriek een stuifzandgebied van ca 700 hectare. Er ontstond paniek, want als de wind verkeerd stond begon Lommel, en met name het gehucht Weirken, onder te lopen. Het zand moest met schotten worden tegengehouden.

Met moet met zandverstuivingen niet spotten.
Wij hebben in Nederland het Kootwijkerzand, waaronder een vroeger dorp ligt. Ook dat stuifgebied is (mede) veroorzaakt door een milieuramp in de Middeleeuwen, te weten de houtskoolproductie voor de toen bloeiende ijzerwinning op de Veluwe. Zie https://www.bjmgerard.nl/het-jaar-1000/ .
Ook aan de Poolse Oostzeekust ligt het onder een hoog duin begraven dorp Łącka, eveneens ontstaan door teveel houtkap ( https://www.bjmgerard.nl/het-slowinski-nationaal-park/ ).

Er kwam een soort wanhoopsoffensief tegen het stuivende zand.
De ene maatregel was dat er in de jaren 1950 tonnen huisvuil uit Antwerpen en Brussel gedumpt zijn. Men ziet dus niet een mooi zandstrandje, maar een afgedekte vuilstort.
De tweede maatregel is dat men berken en dennen is gaan planten, van buiten naar binnen. Men ziet dus geen fraai natuurlijk bos, maar een ergens vanaf de jaren 1980 aangelegde verdedigingswal. Inmiddels heeft die het stuifzandgebied teruggedrongen tot 193 hectare.
Tot slot heeft men het bouwpuin van de gesloopte fabriek in het gebied gedumpt, met de zinkresten er nog in. Los daarvan liggen er ook overal zinkslakken, die als verhardingsmateriaal gebruikt zijn (net als in Zuidoost Brabant). Die slakken logen door de regen uit.

Het leven probeert er wat van te maken. Links een rare puist met (bij mijn  weten) pijpestrootje, rechts zandzegge

Loopt men er rond, dan ziet men rare brokken beton. Dat is het overblijfsel van de Poudreries Réunies de Belgique, dis het gebied gebruikte als test- en schietterrein voor granaten en springstoffen.

De ‘vennen’, die men denkt te zien, zijn geen vennen, maar zandafgravingen. Het gebied bevat fijn wit zand (daarom stoof het zo goed). Vanaf de jaren 1950 tot begin jaren 1980 heeft de familie Tourniet er tot 10m a 30m diepte zand afgegraven. Het is levensgevaarlijk (voor mensen) om erin te zwemmen, omdat er vanwege de diepte koud water in kan zitten en er (vanwege het diepteverschil) onder water landslides kunnen optreden. Bovendien zitten er veel zware metalen in het water. Ten overvloede staat er ook een bord dat waarschuwt voor blauwalg, maar daar is niets van te zien. Er zat een kudde mooie brandganzen in en langs het water, maar ja, die lezen geen borden.

Nu het anderzijds
Na langdurig publiek-privaat overleg kwam er een deal tussen aan de ene kant  diverse overheden en maatschappelijke organisaties, en aan de andere kant de multinational Sibelco. Sibelco doet in de winning van zand, klei en vergelijkbare mineralen en maakt daar allerlei halffabricaten van (zie https://www.sibelco.com/en/sites/lommel en https://www.sibelco.com/en ). Die halffabrikaten zijn op hun beurt weer grondstof voor allerlei toepassingen als glas, silicium voor chips, bouwmaterialen, etc.

De deal was dat Sibelco het gebied voor eigen rekening zou saneren, en dat Sibelco het recht zou krijgen het Lommelse zilverzand te winnen. Inmiddels zijn de graafputten van Sibelco 60m diep.

Sibelco startte de sanering in 2003 ( nieuwsblad.be over start sanering in 2003  ). Wat er precies gesaneerd is en hoe goed dat gebeurd is, is onduidelijk. Bezoekers zeggen dat je onder omgewaaide bomen nog steeds huisvuil vindt. Er is in elk geval een heleboel vervuilde grond afgegraven en opgeslagen in een soort sarcofaag.
In het Nieuwsblad van 28 maart 2003 toonden zowel de voorzitter van Sibelco als de burgemeester van Lommel zich heel blij.

Vervolgens is Lommel het gebied qua natuur, toerisme en recreatie gaan ontwikkelen. Het grotere gebied Bosland, waarvan de Sahara een deel is, is in 2023 tot Nationaal Park uitgeroepen, en dat maakt weer deel uit van het Natura2000-gebied ‘Valleigebied van de Kleine Nete met brongebieden, moerassen en heiden‘ .

Bij een van de ingangen (Sportveldenstraat 10 in Lommel) staat een richtingbordje ‘Sahara’ naast een bord waar op staat dat zwemmen levensgevaarlijk is. Via een nieuwe voetgangersbrug over het nabijgelegen Kempisch Kanaal (mooie brug) kan men het gebied vanaf de andere kant in en er is een uitkijktoren gebouwd met ook weer een uiterst innovatieve constructie.

Kinderen kunnen in de Sahara rondrauschen wat ze willen. Wat kun je op een vuilnisbelt kapot maken?

Het werkt op mij allemaal heel vervreemdend. Laten we het er maar op houden dat de Belgen op creatieve wijze van de nood een deugd gemaakt hebben.

Het jaar 1000

Het Evangelarium van Egmond. Men had eerbied voor boeken.

De aanleiding
Na elke duizendste bezoeker van mijn homepage een meer persoonlijk getint verhaal over een afwijkend onderwerp.

Na de 36000ste klik op mijn homepage een verhaal over ‘het jaar 1000’. Dit omdat ik met mijn partner naar de tentoonstelling geweest ben in het Rijks Museum van Oudheden (RMO) in Leiden. Zie Rijksmuseum van Oudheden | Het jaar 1000 . Het is een goede tentoonstelling die doorliep t/m 17 maart 2024. Er hoort een mooi projectboek bij.
‘Het jaar 1000’ moet gelezen worden als ca 900 – ca 1100 , dus de 10de en 11de eeuw. De begrenzing wordt met enige soepelheid gehanteerd.

Het RMO motiveert zijn keuze met de constatering dat de 10de en 11de eeuw in de Nederlandse geschiedenis meestal een groot zwart gat zijn. Vooraf ging Karel de Grote en directe nazaten en die kennen we wel, maar daarna wordt het duister en pas in de hoge Middeleeuwen verschijnt het historische licht weer. De tentoonstelling laat zien dat dat onrecht doet aan de periode ertussen in waarin veel belangrijke trends gezet zijn.

Bijvoorbeeld omdat in die tijd het Oud-Nederlands dominant wordt over het Oud-Fries en het Oud-Saksisch.

Wie was er de baas?
De Europese opperbazen waren de keizers Otto nummer 1, 2 en 3 , en de opperbaas in ongeveer wat nu Nederland is was de bisschop van Utrecht.  Scheiding van kerk en staat bestond dus niet, voor zover men in die periode al van een ‘staat’ kan spreken.

Om bij de toenmalige communicatietechnieken te regeren moesten keizers met aanhangende hofhouding te paard als een soort rijdende rechter. Ze overnachtten dan in een ‘Palts’. Nijmegen had zo’n Palts (waarvan het Valkhof nog over is). Zodoende kon het gebeuren dat Otto II, die getrouwd was met een prinses uit Constantinopel, met die prinses onderweg was naar Nijmegen, tijdens welke rit de prinses in een bos ter hoogte van Groesbeek een tweeling ter wereld bracht waarvan het zoontje bleef leven.
Otto II stierf voortijdig, waarna de prinses de regeringszaken nog acht jaar waarnam. Volgens tijdgenoten deed ze dat niet slecht.

Kaart met archeologische vondsten uit deze periode

De kaart met archeologische vondsten laat zien waar men woonde.
Bekende paltsen waren die van Nijmegen, Utrecht (daar een Palts van de keizer en een palts van de bisschop), Zutphen, Asselt (bij Roermond) en Meerssen (bij Maastricht) ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Palts_(verblijfplaats) ) .
Sowieso was het belang van wat nu de regio heet in die tijd veel prominenter. Grote delen van laag-Nederland waren slechts beperkt en risicovol bewoonbaar. Het beroemde Dorestad bijvoorbeeld werd door de op hol geslagen Rijn onder een laag klei bedolven en daarop verscheen later weer het dorp Vik. Vandaar de huidige naam Wijk bij Duurstede.
Limburg en Oost-Nederland als het politieke zwaartepunt van Nederland…
Ook een plaats als StOedenrode (de rode van sint Oda) is in die tijd een stuk belangrijker dan nu. Het tentoonstellingsboek geeft een mooie reconstructietekening van de burcht van Rode.

Land en landschap
Rond 900 was 70% van het gebied ‘woest’ en 30% ‘cultuur’. In 1100 lag dat omgekeerd. Door bedijking, veenontginning, en dat kon weer door toegenomen maatschappelijke organisatie vanuit stadjes, burchten en kloosters. Er ontstaat betere en meer landbouw en de bevolking groeit.

In die tijd namen de beer en de eland afscheid van wat nu Nederland is.

Kootwijkerzand (uit Wikipedia), de grootste woestijn van West-Europa

Wat ik een gemis vind is dat de Veluwe weinig aandacht krijgt. Dat is een leerzaam verhaal met als hedendaags icoon het Kootwijkerzand. Daar ligt een dorp onder dat in de 11de eeuw bedolven is. De tentoonstelling geeft wel wat afbeeldingen, maar geen verhaal. Zie https://www.archeologieopdekaart.nl/late-middeleeuwen/kootwijkerzand/pointofinterest/detail .
De Veluwe was in de tijd na Karel de Grote t/m ca de 11de eeuw het Ruhrgebied van West-Europa. Er werd ijzererts gevonden in de vorm van ‘klapperstenen’  die relatief veel ijzer bevatten. Voeg een reducerende warmtebron toe in de vorm van houtskool (een primitief hoogovenidee, maar dan van leem), en met enige kennis van zaken krijg je een deel van het ijzer in smeedbare vorm, en de rest wordt ijzerhoudende slak (die overal op de Veluwe nog teruggevonden wordt).
Voor houtskool is hout nodig. Diverse auteurs verschillen van mening over hoe duurzaam dat hout gewonnen werd (hakhout of hele bomen), en in hoeverre de schuld ligt bij  overexploitatie door overdadige schapen- en geitenvraat, of combi, maar het resultaat van alles was dat de Veluwe ontbost werd. Het zand ging stuiven en bedolf een dorp dat rijk was geworden aan de ijzerwinning. Een klassiek ‘sic transit gloria mundi’-verhaal dat ook heden ten dage nog zeggingskracht zou kunnen hebben. Ecologisch zelfvernietigend menselijk ingrijpen.

Kennis
De mensen in de 10de en 11de eeuw hadden uiteraard minder kennis dan wij nu hebben, maar ze waren net zo slim als jij en ik, en ze wilden graag kennis verwerven.
Veel van die kennis was Arabisch of (via de Arabieren) nog ouder, bijvoorbeeld Grieks of Babylonisch. De mondiale heersers van die tijd hadden hun onderlinge mondiale contacten en de kloosters waren het uitvoerend orgaan. Wat voorbeelden.

Hoe je je een olifant moet voorstellen als je die alleen maar van horen zeggen kent

Een wis- en sterrekundeboek uit die tijd. Het is van Gerbert d’Aurillac, die later zijn paus Sylvester II werd  (je kunt het ver schoppen als wiskundeleraar). Hij hield aan zijn opleiding wel een volkse reputatie als tovenaar over. Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Paus_Silvester_II .

Een onbekend Indiaas genie heeft bedacht om aan het bestaande Babylonische positie-talstelsel een expliciet teken toe te voegen om aan te duiden dat op een bepaalde positie niet wat staat. Wij kennen dat sindsdien als de 0. Dus 203 = 2*100 + 0*10 + 3*1. Zie https://www.bjmgerard.nl/over-fietsen-hammoerabi-en-het-multiculturele-talstelsel/ .
In deze tabel de oudste nullen in Leiden.
(Van de twee jaartallen is het eerste Arabisch en het tweede Christelijk.
)

Een Arabisch astrolabium ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Astrolabium ). Het astrolabium is mogelijk een van orsprong Griekse uitvinding die door de Arabieren verder ontwikkeld en verspreid is.

Sinterklaas
De populairste heilige van die tijd was Sint Nicolaas. Die was bisschop van Griekse komaf en resideerde in Myra, in wat nu Turkije is. ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Nicolaas_van_Myra )
De bisschop was in zijn tijd al populair en verrichte, naar men zegt, vele spectaculaire wonderen. Hij is niet voor niets de beschermheilige van schippers, scheepsbouwers, vissers, gevangenen, onschuldig veroordeelden, advocaten, deurwaarders, bankiers, dokwerkers, graanhandelaars, kuipers, wijnhandelaars, schilders, parfumeurs, apothekers, bakkers, clerici, vrijers, maagden, kinderen, prostituees en kooplieden. Ook veel havensteden hebben Sint-Nicolaas als beschermheilige. ‘Een hoop nevenfuncties’ merkt de tentoonsteling op die veel aandacht besteedt aan de Sint die ook in de 10de eeuw nog steeds zeer populair was.
De goede Sint ging rond 336 nChr dood en werd in Myra bijgezet. Toen daar de Seltsjoeken de baas werden, gingen Venetiaanse zeelieden op operatie en namen de stoffelijke resten mee naar Bari in Italië. Of dit geheel belangeloos gebeurde valt niet te achterhalen, maar relieken van zo’n populaire heilige waren in die tijd veel waard. .

De heiligenverhalen rond Sint Nicolaas maken in het geheel geen melding van een zwarte assistent, en hebben evenmin enige connectie met Spanje.

De Hunenborg – even een stukje jeugdsentiment
Op de archeologische kaart staat een burcht in Twente, in het Agelerbroek bij Ootmarsum. Ik heb gedurende mijn middelbare schooltijd in Ootmarsum gewoond en ik ben vaak naar de Hunenborg gefietst. De Hunenborg heeft overigens niets met de Hunnen te maken, want de burcht is van veel later (ca 1050). Het is wel een ‘borg’, met wallen en een gracht, maar onbekend is van wie precies. Wikipedia noemt de Bisschop van Utrecht als meest waarschijnlijke belanghebbende ( https://nl.wikipedia.org/wiki/Hunenborg ).
Er zijn in 1916 en in 2016 opgravingen gedaan.

Hunenborg in het Agelerbroek bij Ootmarsum

Het monument ligt nu in het bos. Ik vond bij mijn bezoekjes dat er een aparte sfeer hing, maar dat is uiteraard geheel subjectief.

Oldenzaal staat ook op de kaart. Het gebied rond de Oldenzaalse Plechelmuskerk ken ik ook want ik heb in Oldenzaal op school gezeten. De Plechelmus is een hele interessante kerk.

Over gas en elektrisch koken, de lucht in huis en werken de meeste afzuigkappen niet?

‘’Gas hob’ is wat wij een kookplaat noemen. In bovenstaande grafiek geven de grijze lijnen de kookmomenten weer en de rode lijnen de NO2 – niveaus in de woning, voor zover die binnen het bereik van de meter passen, zijnde 478µg/m3 . Dat maximum wordt met name bij gasovens overschreden (bron:TNO/CLASP).

Het binnenmilieu
De meeste mensen maken zich druk om de luchtkwaliteit buitenshuis. Daar is alleszins reden toe, maar het is niet het hele verhaal. Binnenshuis wordt aan die buitenshuis-concentraties het nodige toegevoegd. Dat kan uit ontgassende meubels komen, uit spaanplaat, en uit die gezellige waxinelichtjes.
De rijksorganisatie Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) heeft er al een aantal jaren een apart binnenmilieuprogramma voor, waarvan de projectomschrijving te vinden is op fijnstof_huis_koken . De pagina dateert uit 2017 (ik heb er toen al over geschreven op deze site onder https://www.bjmgerard.nl/koop-een-goede-afzuigkap-en-zet-die-aan/ ). De pagina linkt door naar een rapport uit 2019, dat over diverse aspecten van het binnenmilieu gaat en over de bijbehorende medische gevolgen.

Koken en het binnenmilieu
Koken heeft veel invloed op het binnenmilieu. Dat heeft twee redenen:

  • In elk verbrandingsproces bij hoge temperatuur reageren stikstof en zuurstof uit de lucht met elkaar. Dat geldt ook voor gas bij het koken. En hoewel de verbranding van gas verder schoon is, valt aan stikstofoxiden niet te ontkomen.
    Bij elektrisch koken (meestal inductief) gebeurt dit niet.
  • De feitelijke kookhandeling. Je kookt water (geeft fijne druppeltjes), of je brengt organisch materiaal in contact met hete olie. In deze gevallen ontstaat (ultra?)fijn stof – wat een verzamelnaam is van zeer uiteenlopende korreltjes of druppeltjes die puur selecteert op grootte.
    Bij elektrisch koken gebeurt dit in dezelfde mate als bij op gas koken.

Het maatregelenpakket uit TNO 2019. Voor de leesbaarheid is de literatuurkolom weggelaten.

Het binnenmilieu-programma van TNO loopt door, en TNO doet ook onderzoek in opdracht, dus zodoende verscheen er op 08 november 2023 een uitgebreid veldwerkverslag van TNO ( koken-overschrijding-stikstofdioxide/ ) in opdracht van de niet op winst gerichte NGO CLASP, die zich mondiaal bezig houdt met het bevorderen van schone en zuinige apparaten ( www.clasp.ngo ). CLASP maakte van het saai ogende TNO-rapport een net en met veel fleurige plaatjes gelayoute publicatie van, die (samen met het onderliggende TNO-rapport) te downloaden is onderaan het persbericht op https://www.clasp.ngo/updates/gas-cooking-appliances-regular-pollution-breaches-homes-europe/ .
CLASP wilde het onderzoek, omdat de EU de Ecodesign-wetgeving aan het updaten is.
De intro-afbeelding komt uit deze publicatie.


Het onderzoek – de concentraties
Aan het onderzoek deden 247 huishoudens mee uit zes landen uit de EU (waaronder 37 uit Nederland) en uit Groot-Brittanië. Daar mocht niet gerookt worden en ze mochten niet dichtbij een drukke weg of een industrieel complex wonen. Huishoudens moesten minstens drie maal per week zelf koken. 80% kookte met een gaskookplaat en/of een gasoven, 20% elektrisch (in Nederland geen gasoven en 29 huizen tegen 8 gas-elektrisch.
Elke meetperiode duurde 13 dagen. De Nederlandse meting startte als eerste op 27 jan 2023.
Gemeten is op NO2 , koolmonoxide CO en fijnstof PM2.5 . De limietwaarden van de EU en de richtwaarden van de WHO zijn voor diverse tijdsintervallen hierboven te vinden.


De logische verwachting was dat de NO2 – concentratie in Nederlandse woningen met koken op gas hoger ligt dan in die met elektrisch koken, en dat komt uit.
Deze waarden zijn gemiddeld over de volle 13 dagen dat de proef geduurd heeft (dus inclusief de lange periodes dat er niet gekookt is). De jaargemiddelde norm van de EU is 40µ/m3 en de richtwaarde van de WHO 10µ/m3 . Elektrisch kokend kan men dus het WHO-advies min of meer halen.

Er wordt niet uitgelegd hoe het kan dat de NO2 – concentratie in elektrisch kokende huizen binnen een stuk lager is dan buiten. Andere bronnen leggen dat vagelijk uit. In de winter, als er minder dan normaal geventileerd wordt, lost NO2 in water op en vormt salpeter(ig)zuur, of gaat een reactie aan met materialen in de woning. Het verdwijnt en wordt niet aangevuld, tenzij je bij elektrisch koken het raam openzet.


Als men NO2 – concentraties over kortere periodes middelt zoals een etmaal of een uur (het zijn piekbelastingen), worden de bijbehorende hogere norm- resp, richtwaarde, zijnde 200µ/m3 , soms wel overschreden. Hierboven het aantal uren over de meetperiode dat de uurwaarde voor NO2 per Nederlandse woning overschreden is.

De koolmonoxidemetingen zijn grotendeels mislukt omdat het gebruikte instrument ook aansloeg op schoonmaakmiddelen of zelfs de ethanol uit een glas rode wijn.

In de Nederlandse PM2.5-scores laten, zoals verwacht, geen verband zien met de soort warmtebron. Zetmeel met aanhangend ijspoeder in fritesvet van 180°C gooien levert een hoop fijn stof, ongeacht de warmtebron.
De resultaten zijn grillig, maar hangen waarschijnlijk vooral samen met de nationale kookgewoonten.

Werken afzuigkappen wel?
De grootste verrassing van het onderzoek was dat afzuigkappen (cooking hood) bijna geen effect op de concentraties zouden hebben.
Enige argwaan is op zijn plaats. De data zijn gammel, want berusten op, soms slecht uitgevoerde, zelfrapportage en men is vanuit TNO niet op locatie wezen kijken naar een afzuigkap in Roemenië. TNO durft geen uitspraken te doen. CLASP doet die wel, maar de vraag is waar CLASP de stelligheid vandaan haalt.

Je hebt drie situaties:: een afzuigkap met een filter en een pijp naar buiten en een gemotoriseerde ventilator; eentje met een filter en een gemotoriseerde ventilator, die de lucht terugblaast in de keuken (recirculatie) en die geen  afvoerpijp heeft; en geen afzuigkap.


(average is gemiddeld over de 13 dagen van de proef, en over alle huizen in alle landen)

Volgens CLASP doet een afzuigkap bijna niets en een recirculatie-afzuigkap nog minder. Die helpt eigenlijk alleen maar tegen de geur.

Dat is een beetje lullig voor TNO, want TNO had in de voorafgaande jaren zwaar ingezet op afzuigkappen als oplossing. TNO ziet dit terecht als volksgezondheidskwestie.
In de tweede afbeelding van dit artikel staat een set maatregelen, horend bij het artikel uit 2019, dus betrekking hebbend op diverse binnenmilieu-problemen. Voor PM2.5 wordt een afzuigkap aanbevolen van 83 liter/sec (300m3/uur), die het PM2.5-probleem voor >93% oplost als de kap zo diep is dat hij over de hele kookplaat reikt.
TNO bewijst dit onder andere met fraai gekleurde CFD-plaatjes die op de website staan (Computational Fluid Dynamics).


Er zijn maar weinig mensen die TNO tegen durven te spreken, maar op het Internet is er toch een te vinden die met enig inzicht en enige consistentie lijkt te spreken, en dat is Ron Houtenbos van de éénmansonderneming Induventus. Een goede second opinion is nooit weg. Zie https://www.induventus.nl/tno-onderzoek-brengt-efficiente-kookafzuiging-niet-dichterbij/ , dit is een reactie op het TNO-artikel uit 2019. Houtenbos valt niet de systematiek aan, maar meent dat TNO die slordig uitvoert en te pessimistisch rekent. TNO zou met 300m3/uur te hoog zitten, en het zou bij inductief koken ook met 180m3/uur kunnen.
De aanbeveling van TNO om 300m3/h af te zuigen, is in een moderne luchtdichte woning praktisch haast niet te realiseren. Wanneer mijn inschatting juist zou zijn, worden de praktische mogelijkheden een stuk groter.” Aldus Houtenbos, Voor wat het waard is, ik kan het niet controleren.

Waar zit nou het verschil tussen theorie en praktijk (als dat er is)?

Eerstens heeft TNO ongetwijfeld een mooie nieuwe afzuigkap laten installeren.
Vervolgens citeer ik mijn vrouw, die na heel veel koken inmiddels een gerenommeerde ervaringsdeskundige geworden is:”(a) Veel mensen onderhouden de filters van hun afzuigkap niet of niet goed genoeg. Je moet die filters regelmatig schoonmaken of vervangen (b) zet het ding op tijd aan en laat hem na het koken nog even doordraaien (c) de kap heeft een te lage capaciteit of mensen zetten hem in een te lage stand (d) het hoogteverschil tussen kookplaat en afzuigkap kan groter zijn dan de bedoeling is en (e) het hangt ervan af wat en hoe je kookt (zoiets als een deksel op de pan bijvoorbeeld).”  TNO is het met haar eens en wil dat afzuigkappen automatisch aan slaan bij het eerste teken dat er gekookt wordt.

Er zijn tegenwoordig overigens ook afzuigsystemen die in de kookplaat zitten, zoals bij Miele.

Hoe zit het in je eigen huis?
We wonen in een middelgroot rijtjeshuis met open keuken.

Wij hebben een A++ HANANTO HIAB9051 afzuigkap ( https://www.123apparatuur.nl/HIAB9051-HANANTO-wandschouw-afzuigkap/item/73837 ) . Die haalt in de hoogste stand (heeft er vier) 600m3/uur bij 66,35dB. Daar valt voor korte periodes mee te leven.
De kap spreidt zich uit over de hele kookplaat.
De filters gaan regelmatig mee in de afwasmachine.
De kap hangt 64cm boven de kookplaat en dat is bijna het minimum dat de specificaties toestaan.

Als we water moeten koken met niet wat erin (zoals aardappels), maar bijvoorbeeld voor thee, doen we dat niet meer op gas, maar elektrisch. Verder deksels op pannenwaar dat kan en zin heeft.

Klimaatstrijd moet ook sociale strijd zijn (en omgekeerd), en dus ik met de SP op de Ouderenbeurs

In Vrij Nederland van 11 sept 2023 wordt de Amerikaanse geograaf Matthew Huber geïnterviewd over zijn nieuwe boek ‘Climate Change as Class War’ dat in het najaar in het Nederlands uitkomt. De intro van het interview is te vinden op https://www.vn.nl/matthew-huber-klimaatverandering-klassenoorlog/  , en verder alleen als je VN-abonnee bent.
Via Blendle is ook de hele tekst van het interview bekend.

Overstroming Valkenburg 2021
Zie https://www.bjmgerard.nl/waarom-de-limburgse-over-stroming-een-klimaatcomponent-had-en-hoe-dat-werkt/  en ook https://www.bjmgerard.nl/klimaateffecten-in-brabant-2-tilburg-en-het-noodweer-van-28-juli-2014/ .

Nu ben ik niet zo’n fan van grootscheepse theorieën, die vaak op gevoelsmatig gedefinieerde begrippen berusten. Bij maatschappelijke ‘klassen’ gebeurt dat soms ook en krijg je vervolgens richtingdiscussies die gelijken op gelovigenstrijd tussen de diverse, fijnzinnig van elkaar verschillende, takken van het protestantisme.
Maar als men mij toestaat tussen de oogharen door te kijken naar de grote lijn, geeft Huber een redenering die min of meer klopt.

Grofweg rust zijn betoog op vijf poten (af en toe een toevoeging van mjjzelf ertussen door)

  • Goed klimaatgedrag wordt te vaal gezien als het streven naar een lage persoonlijke footprint. Huber: “Stel, je hebt een olie-CEO: hij (of zij) kan vegetariër zijn, elke dag met het OV reizen, in een tiny house wonen, nooit op vliegvakantie gaan en geen fast fashion dragen. Volgens de dominante klimaatanalyse, die van de persoonlijke ecologische voetafdruk, draagt deze persoon slechts een minieme verantwoordelijkheid voor klimaatverandering. En dat is precies wat er mis is met onze huidige aanpak, stelt Huber. We moeten ons niet blindstaren op persoonlijke consumptie. Die olie-CEO is voor het klimaat veel belangrijker in zijn rol als producent dan als consument.”
    Mijn mening: verbeter de wereld, begin bij het systeem (maar eindigt wel bij jezelf, als je je dat kunt permitteren – practice what you preache)
  • Het kapitalisme staat jou als consument enige vrijheid van aanschaf toe, maar is in essentie een moorddadig systeem dat de wereld en de wereld bevolking ondergeschikt maakt aan zijn belangen. Vandaar die ‘war’.
    Je moet dit collectief aanpakken.
  • Huber vindt dat de strijd tegen klimaatverandering te veel wordt bepaald door de academische klasse – journalisten, wetenschappers, advocaten en anderen. Hun aanpak stoelt op wetenschappelijke kennis en bewustwording. Deze elitaire benadering zal nooit een brede massabeweging op gang brengen. Daarmee zal het niet de noodzakelijke politieke kracht bezitten die nodig is voor de fundamentele economische transformatie.
    Ik reken mijn eigen site ook tot deze academische klasse en mijns inziens is die academische ‘klasse’ (feitelijk is het overigens geen klasse) nodig. Huber heeft gelijk dat dat niet voldoende is.
  • Wil een klimaatbeweging brede steun krijgen, dan moet die gekoppeld worden aan belangenstrijd. Het einde van de wereld moet gekoppeld  worden aan het einde van de maand. Huber:”Klimaatverandering staat niet los van de dagelijkse materiële behoeften van mensen: de sectoren die we radicaal moeten transformeren zijn energie, transport, huisvesting, water, landbouw en voedsel. Dit zijn stuk voor stuk basisbehoeften van de arbeidersklasse waarop mensen elke dag vertrouwen. Als we in staat zijn om een klimaatpolitiek op te bouwen die erop gericht is die sectoren koolstofvrij te maken, maar ook een goedkopere en veilige toegang aan de massa bieden, dan maakt het niet uit of arbeiders IPCC-rapporten lezen.”
    Het is ook als arbeider wel fijn dat je auto niet kapot geknuppeld wordt door hagelstenen, dat je laminaatvloer niet onder loopt en je verzekeringspremie betaalbaar blijft als je in Valkenburg woont, en je geen dengue krijgt van de tijgermug.
  • Wat in elk geval niet helpt is essentiële dingen duurder maken zonder dat er een alternatief is. Duurdere benzine alleen in combinatie met een beter OV.
    In hoeverre vliegvakanties essentiëel zijn is, wat mij betreft, een discussiepunt. Vooral  als omwonenden van vliegvelden de ellende dragen.

Tot zover Huber, hier en daar geannoteerd.

(Ouderenbeurs 2023, SP-kraam, foto J.Rouwet)

Zolang men mij niet met details aan de kop zeurt (horen ZZP-vrachtautochauffeurs bij de arbeidersklasse?), kan ik een eind met Huber meegaan. En omdat ik probeer enige mate van consequentie op te brengen, heb ik twee maal met de SP meegedaan aan een actie om de prijs van ca 100 basisboodschappen te verlagen, ten laste van de miljardenwinsten van Ahold en Jumbo en aanverwant. Geïnteresseerden inboeken op lijsten en reclame maken voor de Prinsjesdagdemonstratie op 17 september. Een keer op een hete zondagmiddag in een Eindhovense woonwijk, en op een lange donderdag op de Ouderenbeurs. Het is niet mijn grootste hobby, maar ik kan me ertoe zetten en ik ben er zelfs wel goed in.

Als in hoofdzaak milieu-, energie- en klimaatgeinteresseerde persoon zie ik er het nut van in om mede te organiseren aan belangenstrijd (in de geest van Huber).

Maar je zou willen dat de SP het ook het omgekeerde doet, namelijk actief, en niet alleen retorisch, deelnemen aan de klimaatstrijd. Nu mist de SP een fors deel van het electoraat, en van een deel van de belangen van de eigen achterban.
Zie ook https://www.bjmgerard.nl/klimaat-energie-en-milieu-helaas-geen-kerntaken-voor-sp/ .

Heel Holland zakt

Dit is het duizendste artikel op deze site, en vanwege dat jubileum een artikel dat afwijkt van de hier gebruikelijke routine.
Niet dat het onderwerp onbelangrijk is, want je praat over tientallen miljarden.

Ter intro
Toen de TU Delft, SkyGEO en het Nederlands centrum voor Geodesie en Geo-informatica in 2018 de eerste systematische kaart maakten over de bodemdaling in Nederland, had die nog een oplossend vermogen van 2*2km. Duidelijk was dat grote delen van Nederland dalen, wat sappig in de pers kwam als “Heel Holland zakt”. Heel Holland? Nee, want er zijn een paar dorpjes in Limburg die van geen wijken weten. Maar voor de rest klopt het, met wat overdrijving.

Let wel dat deze kaart dus niet over de hoogtes gaat (die kaarten bestaan ook), maar over de verandering in de hoogtes.

Al bij de eerste kaart was duidelijk dat de gevolgen immens zijn. Het PBL kwam al in 2016 tot een schade die in 2050 opgelopen kan zijn tot €22 miljard. Aan verzakkende rioleringen, funderingen, kabels en leidingen, wegen en dijken. Het onderzoek van 2018 gaf onderbouwing en extra aandacht aan die uitkomst.
Zie www.atlasleefomgeving.nl/nieuws/nieuwe-kaart-laat-bodemdaling-in-nederland-zien .

Zowel de diepe als de ondiepe ondergrond beweegt.
In de diepe ondergrond bestaan natuurlijke geologische bewegingen. Soms nog een nasleep van de ijstijd, maar he kan ook om de breuken gaan aan weerszijden va de Brabantse slenk (vereenvoudigd de Peelrandbreuk – waar nog natuurlijke aardbevingen voorkomen – en de Feldbissbreuk). Ten noordwesten van de lijn Breda-Amersfoort-Emmen daalt Nederland geologisch, aan de andere kant blijft het gelijk of stijgt het.

Het Kinderdijksysteem

Bovenop die natuurlijke bewegingen bestaan man-made bewegingen, zowel diep (de gas- en zoutwinning) als ondiep. Een ondiepe bewegingen ontstaat bijvoorbeeld door het inklinken en wegoxideren van veen en klei, en dat komt weer door eeuwenlange ontwatering.
Een prachtig voorbeeld zijn de molens bij Kinderdijk, een schitterend voorbeeld van Middeleeuwse technische en sociale organisatie. Tot pakweg 1370 liep het polderwater zonder hulpmiddelen weg bij laag water in de Merwede, in rond 1620 was de aanleg van een lage boezem nodig, en weer een eeuw later de hoge boezem. Met een dergelijk, voor die tijd, geavanceerd systeem was men weer op het uitgangspunt terug dat het water bij laag water wegliep in de Merwede. Het hoogteverschil is vijf eeuwen inklinking.

Die inklinking, zegt het PBL, heeft, naast de genoemde geforceerde verlaging van de grondwaterspiegel voor de landbouw, als andere hoofdoorzaak het belasten van veengrond en natte klei met wegen en woonwijken en bijbehorende zandlichamen.
Door de daling van de grondwaterspiegel komt het veen onbeschermd te liggen, wordt geoxideerd en dat geeft een forse CO2-ontwikkeling. De klei compacteert of wordt gecompacteerd.

Het RLI heeft zeer onlangs een advies uitgebracht over de toekomst van het veengebied. Zie www.rli.nl/publicaties/2020/advies/stop-bodemdaling-in-veenweidegebieden-het-groene-hart-als-voorbeeld .

De ondiepe vertikale bewegingen kunnen minstens zo groot zijn als de diepe bewegingen.

Op 08 september 2020 kwam de TU Delft, samen met partners, met de Bodemdalingskaart 2.0. Die is een heel stuk informatiever en daardoor spannender.
De Sentinel-1a en 1b-satelliet hebben op bijna 200 miljoen waarnemingspunten in Nederland bijna 41 miljard observaties gedaan. Bij de kaart uit 2018 werd een deel van die punten nog gemiddeld tot 2*2km – blokken, maar nu zijn ze individueel toegankelijk.
De satellietgegevens zijn gecombineerd met metingen van microafwijkingen in de zwaartekracht.

De home page van het onderzoek is https://bodemdalingskaart.nl/nl/ . Daar staat het een en ander aan uitleg en verwijzingen. De nieuwe kaart heet 2.0 en je kunt hem vinden onder ‘viewer’.

Schermbeeld van Noord-Brabant en Limburg. Locatie 77 is de Peelrandbreuk ten westen van Uden.

Hoe de nieuwe kaart werkt
De satellieten volgen ongeveer een polaire baan. Ondertussen draait de aarde er onderdoor, waardoor de satellieten om de 1,4 dag een opname van Nederland kunnen maken. Ze kijken zijwaarts (in de vliegrichting naar rechts) en kunnen zo (delen van) Nederland zien van boven Engeland vliegen, boven Nederland en boven Duitsland.  Ik heb gekozen voor Midden-1 (boven Nederland, van NP à ZP). Die geeft heel Brabant en Limburg, waar ik mij op focus. Uiteraard is de werkelijkheid complexer dan hier verteld.
Het systeem haalt een verticale meetnauwkeurigheid van ongeveer 1 mm en een horizontale van ca 10 a 15 cm.
De metingen liepen van (meestal) voorjaar 2015 t/m oktober 2019.

De feitelijke interactieve kaart is te vinden op https://bodemdalingskaart.portal.skygeo.com/portal/bodemdalingskaart/u1/viewers/basic/ .
Kies in de kaartlagen-inzet (bijvoorbeeld) midden-1 (de default) en klik een keer ergens op, dan verschijnt een Marker. Die kun je neerzetten waar je wilt.
Zonder het Midden-1-vinkje zie je de onderliggende plattegrond (en kun je zien waar je marker precies staat). Je kunt steeds switchen.

Aanklikken van hokje ‘Locaties” levert een honderdtal voorbeeldlocaties op (rondjes), waarover nadere informatie gegeven wordt. Hierboven is locatie 77  gekozen (de Peelrandbreuk ten westen van Uden). Onder het rondje zit een plattegrond.

De kaart kan sterk worden uitvergroot en op een gegeven moment ga je vierkantjes zien. Daar worden de getallen aan gehangen. Ga je dan nog verder uitvergroten, dan zie je de afzonderlijke meetpunten (zie verderop de afbeelding van de brug van de A16 over het Hollands Diep).
Een hokje krijgt een kleur, van rood (daalt 5mm/y) naar blauw (stijgt 5 mm/y). Dit hoort bij het ‘spectrum’ in de legenda rechtsboven.
Als je op een hokje klikt, verschijnt in een andere inzet (rechtsboven) een grafiek waarin de verticale positie van dat betreffende punt gedurende de meetperiode wordt weergegeven tegen de tijd, en dat voor alle afzonderlijke metingen. Uit de bijbehorende trendlijn wordt de daalsnelheid afgeleid. De grafiek kan desgewenst gedownload en geprint worden.

Bodemdaling va de Strabrechtse Heide

Ik heb de marker nabij rondje 104 gezet = de Strabrechtse Heide in de gemeente Heeze-Leende. Bij dat meetpunt hoort onderstaande dalingsgrafiek. Je zou zeggen dat er een seizoenseffect in zit.

Verder uitvergroten van de kaart geeft de omgeving met en zonder Midden – 1 (de marker staat in het rode gebied bij de rechterrand, op halve hoogte, dat de Strabrechtse Heide voorstelt):

Het aanvinken van het hokje ‘gemeenten’ overrulet Midden-1 en geeft de gemeentegrenzen weer, aangeduid in  een van de tinten uit het vijf-tinten-paars verloop in de legenda rechtsboven. Die zijn een maat voor de stabiliteit.
Dat een hele gemeente 2mm/y zakt is één ding, maar dat binnen een gemeente het ene eind van de riolering 4mm/y zakt en het andere eind, dat aan de op diepliggend zand geheide woningen vastzit die niet verzakken, is aanmerkelijk onaangenamer. Idem als en de straat voor de deur wel. Een plaats als Gouda, waar de bodemdaling wel de 10 mm/y kan halen, heeft daar de nodige ervaringen mee. De instabiliteit in Noord- en Zuid-Holland is soms dramatisch.

Verschillen van de bodemdalingssnelheid binnen één gemeente

In Brabant is het lichtblauwe Waalre is een stabiele gemeente (bedoeld wordt geologisch, niet politiek), het ernaast gelegen Heeze-Leende is instabiel (idem). Binnen de gemeentegrenzen van Heeze-Leende daalt het ene punt 4 a 5 mm/y (de legenda zijn niet helemaal duidelijk) harder dan het andere punt.
Aangezien Heeze-Leende niet bekend staat om zijn rioleringsproblemen, beperkt de oorzaak van de instabiliteit zich mogelijk tot de aanwezigheid van de Strabrechtse Heide binnen de gemeentegrenzen.

Microverschillen in de zwaartekracht

De satellietmetingen zijn aangevuld met metingen van micro-afwijkingen van de zwaartekracht. Gemiddeld is die in Nederland 9,81 Newton/kg (met nog locatieafhankelijk een rits cijfers meer achter de komma). Maar inwoners van de Achterhoek moeten met 0,0001N/kg sterkere beenspieren door het leven, en inwoners van de paarse strook in Brabant en Limburg kunnen met 0,0003N/kg zwakkere beenspieren toe.
De paarse zone in Brabant en Limburg wordt begrensd door de eerder genoemde breuken. Binnen dat gebied is een blok gesteente in de diepte gezakt, en dat is weer opgevuld met lichtere afzettingen. Vandaar. De praktische consequentie ervan voor het energiebeleid is dat je in dat aan de randen van het paarse gebied moet uitkijken met (vooral diepe) geothermie. Het Staatstoezicht Op de Mijnen heeft om die reden bij Venlo ingegrepen.

De paarse zone in Groningen is vanwege de aanwezigheid van steenzout (dat is lichter dan steen). Omdat steenzout soms  gelinkt is aan gas, valt het steenzoutgebied niet toevallig samen met het gaswinningsgebied (waarvan de bodemdaling met Midden-2 in fel rood op de kaart te zien is).

Wat zie je nou voor interessants op de kaart in Brabant en Noord-Limburg?
Geen schokkende zaken.

Zoals te verwachten, zakt de bodem meer in het West-Brabantse kleigebied.
Een beetje prutsen, heen en terug tussen Midden-1 wel en niet aan, levert bijvoorbeeld een daling op bij Industriepark Moerdijk.
Verder zie je dat het gebied op beide koppen van de A16-brug over het Hollands Diep en van de er naast gelegen spoorbrug, sneller dalen dan de brug zelf.

Verder kun je de nieuwe A4 volgen van Heijningen tot Steenbergen. De TU Delft raadt amateurs af om al te stelling zelf uitspraken te doen over verbanden tussen oorzaak en gevolg, maar de gedachte ligt voor de hand dat het zandlichaam van de weg de ondergrond indrukt.

In Oost-Brabant zie je dat de bodem van de Peel (Deurnsche-, Maria- en Grote-) daalt . Een voor de hand liggende verklaring (van mij als amateur) is dat het veen is, en dat het veen wegoxideert. Vernatten is een goede maatregel.

Oo natuurgebieden als de Strabrechtse, de Oirschotse en de Cartier-Heide verzakken, evenals gebieden als het Leenderbos, de Kampina en de Chaamse Bossen. Wie een beetje met de kaart speelt, vindt wel meer. Ik  onthou me van een oorzaak aan te wijzen.

Tenslotte nog, alleen voor de aardigheid, een plaatje hoe de Feldbissbreuk dwars door Sittard loopt.

Supreme Court Ireland finds government climate plan falls “well short”

Ook in mijn favoriete buitenland, Ierland, is een proces geweest zoals dat van Urgenda in Nederland. En ook in Ierland heeft de actie gewonnen.
Zie onderstaand bericht.

31 juli 2020

The case was brought to the Supreme Court by Friends of the Irish Environment after the High Court rejected its case in September.

THE SUPREME COURT has found in favour of a case taken against the government on its plans to tackle climate change.

Chief Justice Clarke found that the government’s National Mitigation Plan falls “well short” of being specific enough to provide the transparency required to comply with the Climate Action and Low Carbon Development Act 2015. 

The case was brought to the Supreme Court by Friends of the Irish Environment after the High Court rejected its case in September.

Counsel for Friends of the Irish Environment argued that a 2017 government plan to tackle climate change would not have an adequate impact on rising emissions, and that breaches the Act because it did not specify how the government would achieve the 2050 objectives.

They argued that lack of sufficient action from the government was a breach of the Constitution and the European Convention on Human Rights in the area of rights to life, bodily integrity, and to a healthy environment with human dignity.

Chief Justice Clarke found that the 2015 Act “requires a sufficient level of specificity in the measures identified in a compliant plan that are required to meet the National Transitional Objective by 2050″.

He said that the 2015 Act involves transparency in formal government policy for achieving the climate objectives laid out in the NTO by 2050.

“A compliant plan is not a five-year plan but rather a plan covering the full period remaining to 2050.”

“The Plan falls well short of the level of specificity required to provide that transparency and to comply with the provisions of the 2015 Act,” Chief Justice Clarke found. 

Leenaun, Killary Harbor

Minneapolis

Ik beperk me op deze site over het algemeen tot zaken waar ik een beetje verstand van heb en waarvan ik hoop dat ze in praktijksituaties bruikbaar zijn. Dat betreft als regel energie, milieu en transport in ruime zin, en weinig daarbuiten.

Van het racisme in de Verenigde Staten heb ik niet meer kennis dan de gemiddelde goede krantenlezer kan hebben. Maar de moord op een ongewapende en machteloze zwarte man in Minneapolis is dermate schandalig, en het achterliggende structurele racisme dermate grof, dat ik er nu deze korte tekst aan wil wijden.
Het zijn vooral rechtsextremistische en neonazistische bendes die nu te keer gaan, Trump  staat er bij en kijkt er met genoegen naar.

Trump begint op Mussolini te lijken.

Ik kan mij verplaatsen in mensen die vinden dat ook de Nederlandse samenleving racistische trekken heeft.

Overigens zijn het dezelfde maatschappelijke krachten die de eindigheid van de planeet ontkennen en zich keren tegen alles wat het milieu en het klimaat ten goede komt. In die zin is er toch een verband.

Ik heb tijdens de Black Liver Matter-demonstratie in Eindhoven op 06 juni 2020 enkele foto’s gemaakt. Hieronder heb ik er twee afgedrukt.

Racisme-demo Stadhuisplein Eindhoven 06 juni 2020
Racisme-demo Stadhuisplein Eindhoven 06 juni 2020