Vijftig studenten van de TU Delft (het SUM-team = Symbiotic Urban Movement) hebben na een jaar uitgepuzzeld dat het mogelijk moet zijn alle 847.000 portiekflats in Nederland te verduurzamen (dat is 11% van de totale woningvoorraad). Dat schrijft Cobouw op 14/15 december 2020. De studenten gaan met het plan meedoen aan de Solar Decathlon 2022 in Duitsland.
Dit soort flats zijn na de oorlog massaal gebouwd. Nu worden ze vaak gesloopt omdat het onderhoud vaak erbarmelijk is en niemand echt weet hoe ze handig energieneutraal te krijgen zijn. De studenten vinden het zonde.
Ze gaan de woningen zo verbouwen dat ze groter, moderner en duurzamer worden. De gevel en trappenhuis worden aangepakt. Zo komt de trap niet binnen, maar buiten, waardoor er meer ruimte gecreëerd wordt. Bovenop de woningen worden nieuwe energiepositieve modules geplaatst, die ervoor gaan zorgen dat het gebouw energieneutraal wordt. Daarnaast krijgt het gebouw een buurtfunctie: op de begaande grond komen winkels, werkplaatsen en een gezamenlijke ruimte. Er komt meer groen en meer ontmoetingsplaatsen (zoals urban farmingplekken), waardoor de bewoners meer gaan samenleven, wat nu vaak niet het geval is. Aldus een van de studenten in Cobouw.
De renovatie van dit soort woningen is vaak erg duur. De studenten komen met hun ontwerp boven de gemiddelde prijs uit op basis van renovatie alleen, maar dat moet nog goedkoper kunnen. Overigens is het bijna altijd zo dat renoveren plus verduurzamen duurder is dan alleen renoveren (en niet of beperkt verduurzamen).
Het is nog een hoofdontwerp op papier. Nu wordt het prototype ontwikkeld en dat moet voor het concours in Duitsland af zijn.
Of dit stoutmoedige studentenplan ook werkelijk uitvoerbaar is, moet blijken. Er is in elk geval nu al interesse uit de sector. Een andere vraag is in hoeverre er behoefte is aan vergrote appartementen. Dat kost veel geld en driekwart van de doelgroep bestaat uit een- en tweepersoonshuishoudens, die eerder behoefte hebben aan een betaalbare flat van 40-70m2 .
Het studententeam staat in een Delftse traditie. Het voorafgaande MOR-team (Modular Office Renovation) had zich toegelegd op het creatief omvormen van leegstaande kantoren. Het ontstane apprtement produceerde meer energie dan het zelf verbruikte.
De dorpscoöperatie Traais Energie Collectief (TEC) wil Terheijden binnen vijf jaar energieneutraal maken, en dit geheel in eigen beheer. Daartoe worden een aantal projecten uitgevoerd, waarvan een zelfbeheerd warmtenet het opvallendste is.
Het initiatief hoort bij de eerste ronde van door het Rijk gesubsidieerde ‘Proeftuin aardgasvrije wijken’ – ronde. Hier een analyserende beschrijving van een goed initiatief.
Terheijden ligt een paar kilometer ten Noorden van Breda, maar valt onder de gemeente Drimmelen.
De voorgeschiedenis, de financiering en de organisatie. Zie https://traaisenergiecollectief.nl/collectief/ . Het Traais Energie Collectief is tot stand gekomen door de inzet van Petra Kimmel en oud-Terheijdenaar Pim de Ridder, specialist in duurzame energie. Met zijn bedrijf Izzy Projects helpt hij burgers bij het opzetten van duurzame initiatieven.
Het TEC is een coöperatie waarvan inwoners van Terheijden lid kunnen worden. Dat kost eenmalig €10 en daarna €15 per jaar. Het TEC heeft vooral bestuurlijke, vertegenwoordigende en enthousiasmerende taken.
Zie https://traaiseenergiemaatschappij.nl/vraag-en-antwoord/organisatie/nog-een-titel-van-ene-andere-vraag/ . De feitelijke arbeid (die professionele vaardigheden eist) is georganiseerd in een holding “Traaise Energie Maatschappij (TREM)” die onder controle staat van de coöperatie. De aandelen van de holding zitten bij het TEC (met een prioriteitsaandeel) en bij de Brabantse Duurzame Energiewerken (BDEW), een initiatief van Izzy Projects BV. BDEW heeft de investeringen tot nu toe voorgefinancierd. De bedoeling is dat BDEW zich medio 2023 grotendeels teruggetrokken heeft en zijn geld terug krijgt op basis van uren- en kostenstaten en een deel van het toekomstig rendement.
Onder de holding hangen, indien zinvol, rechtspersonen voor de afzonderlijke activiteiten.
Naast de voorfinanciering door BDEW heeft het project 3,4 miljoen subsidie van het Rijk ontvangen in het kader van de ‘Proeftuin aardgasvrije wijken’- project. De provincie Noord-Brabant heeft daar 0,125 miljoen aan toegevoegd.
De Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) is in beeld geweest voor deelname in de holding, maar heeft zich voorlopig teruggetrokken. Woordvoerder De Kool zei in de NRC van 23 juni 2020 dat de sterk uiteenlopende risico’s van zon en wind enerzijds, en warmte anderzijds, binnen één organisatie teveel van het goede waren voor de condities binnen de BOM. Dit terwijl ook De Kool het een goed plan vond. Misschien later, zei hij, als het allemaal wat overzichtelijker is.
De banken beginnen sowieso niet aan een dergelijk project. Ze vinden het risico gigantisch (weer de NRC), terwijl initiatiefnemen De Ridder dat erg vindt meevallen.
Om aan verder werkkapitaal te komen, is TEC gestart met de verkoop van ‘Traaise bouwstenen’ . Traaise Bouwstenen zijn een lening aan de Traaise Energie Maatschappij. Een Bouwsteen kost € 250,-. In totaal verstrekt de Traaise Energie Maatschappij in deze fase € 505.000,- aan obligaties. Dat zijn 2020 Traaise Bouwstenen. Een persoon kan voor maximaal 80 Traaise Bouwstenen inschrijven. De inschrijfperiode loopt van 11 juni tot en met 6 september 2020. Men ontvangt een vaste rente van 7%. De looptijd van een Traaise Bouwsteen is vier jaar, met een mogelijke verlenging tot 8 jaar. Ter gelegenheid van de feestelijke aftrap (op Zoom) was er een obligatie-tripel gebrouwen. Dd juli 2020 stond de teller op €300.000 .
Een en ander geeft aan dat de TEC nog in zijn beginstadium is. Dat geldt, in wisselende mate, ook voor de concrete projecten.
Welke, en hoeveel, energie moet er eigenlijk verduurzaamd worden? De gemeente Drimmelen telde op 01 jan 2020 27629 inwoners, waarvan er 6261 in Terheijden wonen. Ook wat betreft het aantal huizen is Terheijden 23% van Drimmelen. Deze omweg is nodig, omdat de standaard-website in deze, de Klimaatmonitor, slechts tot op gemeenteschaal specificeert. De aanname is nu dat de verhoudingen binnen Terheijden dezelfde zijn als binnen Drimmelen als geheel.
In Drimmelen als geheel ging in 2017 1570TJ op aan warmte en 420TJ op aan stroom (en verder 977TJ aan voertuigbrandstof, maar dat staat buiten het coöperatiegebeuren). Van de totaal aan warmte en stroom van 1990TJ ging dus 79% naar warmte en 21% naar stroom. De aanname is dus dat dat in Terheijden ook zo is. De website https://allecijfers.nl/buurt/Terheijden-drimmelen/ komt over2018 per gemiddelde woning in Terheijden op 44GJ/y warmte uit gas, en op 11GY/y uit stroom – wat nagenoeg dezelfde gas-stroomverhouding is, maar dan alleen voor woningen.
In de categorie ‘Gebouwde omgeving’ , waartoe de werkzaamheden van TEC zich beperken, is Drimmelen als geheel, over 2017 en over 2018) goed voor 893TJ. Hiervan 23% toerekenend aan Terheijden zadelt dit dorp op met 205TJ ter afdekking van de gebouwde omgeving, dus onderverdeeld in 162TJ warmte en 43TJ stroom.
Warmtepompen, die in aanvulling op de TEO nodig zijn, roepen een extra stroomvraag op. Hoe groot die is, is moeilijk in te schatten. Meestal rekent men (grof) dat om 4J warmte te leveren,je 1J stroom nodig hebt. Bovenstaande elektriciteitsvraag zou dan verdubbelen. Maar door de TEO (als dat lukt) zal dat minder zijn. Hoeveel minder is onduidelijk.
Overigens valt in de Klimaatmonitor de enorme post landbouw (en bosbouw en visserij, maar die tellen niet mee). Dat was in 2018 de grootste post van alle, en dat komt door de kastuinbouw bij Made, de hoofdkern van de gemeente Drimmelen.
Het project ‘Energiebesparing’ Het TEC heeft een besparingsteam opgezet, dat gratis huisscans uitvoert en een gratis energiebox levert. Met de uitkering Regeling Reductie Energiegebruik (RREhelpt de gemeente Drimmelen huiseigenaren om energie te besparen.
Het project ‘Zon op Traaise daken’ Het eerste dakproject bestaat uit 120 PV-panelen op het dak van de schietclub Wilhelm Tell, elk 330Wp, die samen jaarlijks goed zijn voor 37000kWh (0,13TJ). Dit loopt via de postcoderoosregeling, die gedurende 15 jaar vrijstelling van energiebelasting verzorgt. Die 15 jaar is ook de looptijd van de afspraak met de schietclub (die 14 panelen krijgt). Voor dit project is een satelliet-coöperatie opgericht, dus een aparte rechtspersoon. Dit paneel moet €377 gaan kosten.
Bedoeling is dat andere dakprojecten volgen.
Het project zonnepark De Bergen Dat park moet 27000 panelen gaan tellen. De bouwvergunning van de gemeente is rond, evenals de SDE+ (zoals gebruikelijk voor 15 jaar). Er loopt nog beroep (niet van mensen uit Terheijden). Men is optimistisch in Terheijden. Het park (SDE+ gegevens zie hieronder) moet 11,3MWp worden en daarmee goed zijn voor ongeveer 11 miljoen kWh (ongeveer 38TJ) .
Het project Windturbine De Noord Er komen 28 windturbines langs de A16, verdeeld over vijf clusters. Een van die vijf clusters is windpark Zonzeel, waar zes turbines komen (zie https://windparkzonzeel.nl/projectinfo/ ): twee van Eneco, drie van Pure Energy en één (via Izzy Projects) van het TEC. Er loopt nog beroep bij de Raad van State. Men is optimistisch in Terheijden.
De precieze kenmerken zijn volgens de website van windpark Zonzeel (dd juli 2020) nog niet bepaald, maar ze moeten ongeveer tussen de 3,5 en 4,5MW worden (tiphoogte rond de 200m). TEC zegt dat ongeveer 16 miljoen kWh gaat worden opgewekt (ca 58TJ), wat een molen van ca 4,5MW impliceert. Mogelijk loopt de website van Zonzeel achter?
De molen kost ca 6,5 miljoen €.
Het project Warmtenet Dat is het meest bijzondere deel van het geheel. Kleine, zelfgerunde, warmtenetten zijn zeldzaam. En riskant, vinden nogal wat mensen. Minstens 70% van de huishoudens moet meedoen.
De eerste fase, die 500 huizen verzorgt, is inmiddels af. Daarna komt geleidelijk aan de rest van het dorp aan de beurt. De aanleg gebeurt in elk geval niet roekeloos. Traaise Energie Maatschappij werkt samen met een aantal partners: Rotterdam Engineering, Aannemersbedrijf Nijkamp, Bouwbedrijf Strukton en Kuijpers zijn de partners voor de ontwikkeling, de aanleg van het netwerk en het inregelen van de installaties. Ook voor het leveren van warmte hebben we de juiste partner gevonden, het Brabantse bedrijf Kelvin (dat de vergunning van de ACM inbrengt). De levering van warmte via het warmtenet wordt ondergebracht bij de dochteronderneming Eerste Traais Warmtebedrijf (ETW) .
De warmte wordt onder 70°C aangeleverd. Dat betekent dat er geen ingrijpende maatregelen aan de woning nodig zijn (al is goede isolatie natuurlijk altijd verstandig).
Er is een voorziening voor piekmomenten en technisch falen.
Aansluiting is tot €3000 gratis (voor de burger). Daarna geldt de gebruikelijke tarifering van de Warmtewet, met een vastrecht en een prijs per afgenomen GJ. Dit volgt het Niet Meer Dan Anders-beginsel (er staat overigens een nieuwe Warmtewet op de rol bij de Tweede Kamer).
Een warmtenet is net zo duurzaam als zijn voeding. Het warmtenet moet gaan draaien op warmte uit het nabijgelegen riviertje de Mark en, indien mogelijk, op geothermie. Beide zijn nu nog niet beschikbaar. Daarom draait het warmtenet nu op ‘transitiegas’. De bedoeling is dat dat in vijf jaar afgebouwd wordt, waarna Terheijden energieneutraal zou moeten zijn.
De Mark Thermische Energie uit Oppervlaktewater (TEO) is een techniek die nog aan het begin staat. Het idee is dat je ’s zomers warmte aan het water onttrekt (waardoor dat bijvoorbeeld van 21 naar 19°C gaat), en dat je dat water van 20°C in de bodem opslaat, waarna je het er ’s winters weer uithaalt. Als je de verwarmingsinstallatie in je huis achterstevoren laat werken en die warmte ook in de grond stopt, heb je koeling – ook nooit weg.
De TEC-site heeft een leuke animatie op https://youtu.be/hWoMxkeN2vU . Daar blijkt overigens uit dat bij heel lage wintertemperaturen het warmtenet bijgestookt wordt met lokaal geteelde houtige biomassa uit olifantsgras – een goed idee, maar het komt in de hoofdtekst van de site niet terug.
Om ’s winters van water van bijv. 20°C het beoogde water van 70°C te maken, wordt een forse centrale warmtepomp nageschakeld (die weer extra stroom vreet).
Mij lijkt het schema uitvoerbaar, maar de praktijk moet het situatiegebonden aantonen.
Geothermie Geothermie is nooit een bij voorbaat gelopen race. Het is wel erg warm op 1,5 km diepte, maar er moet ook nog zoiets zijn als een poreuze zandlaag waar water doorheen geperst kan worden. En er moeten geen geologische breuken zijn die kunnen gaan schuiven..
Initiatiefnemer De Ridder heeft een opsporingsvergunning aangevraagd bij het ministerie van EZK, maar heeft die nog niet binnen. Ondertussen heeft het Ministerie van EZK een opsporingsvergunning verleend aan Geothermie Brabant en Hydreco Geomec (Geothermie Brabant is een coproductie van het Energiefonds van de provincie en de projectontwikkelaar Hydreco Geomec, en Hydreco Geomec was een dochter van Brabant Water, maar de aandelen zijn in januari 2020 verkocht aan ENGIE). Deze opsporingsvergunning geeft hen het recht om gedurende 4 jaar naar aardwarmte te zoeken. De vergunning is afgegeven voor het zoekgebied ‘Made 2’. Dit zoekgebied van circa 53 km2 ligt op het grondgebied van de gemeenten Drimmelen, Oosterhout en Geertruidenberg. Er zijn al gegevens beschikbaar over de diepere ondergrond van een gedeelte van het zoekgebied. Op basis daarvan wordt een boorlocatie in het kastuinbouwgebied Plukmade het meest kansrijk ingeschat. Hoe de gewenste opsporingsvergunning van De Ridder en de verleende opsporingsvergunning aan Hydreco Geomec en het Energiefonds zich onderling verhouden, is mij op dit moment niet duidelijk. Mogelijk kunnen beide naast elkaar bestaan.
Het hoofdkwartier, annex ‘De Energiebrouwerij’. De stroomkabels van Windmolen de Noord en Zonnepark de Bergen komen in de brouwerij bij elkaar. Vanuit hier gaat de stroom verder het elektriciteitsnet op. Een deel van de stroom gebruiken we voor de warmtepompen in de Energiebrouwerij. Met deze pompen brengen we de warmte voor het Traais Warmtenetwerk op de juiste temperatuur, voordat het de huizen in gaat. De nieuwste technieken voor duurzame energie worden hier toegepast. Een belangrijke toepassing is cablepooling. Bij deze techniek gaat energie, opgewekt uit wind en zon, door één kabel naar het elektriciteitsnet. Zo wordt de infrastructuur optimaal gebruikt. Verder wordt gewerkt aan energieopslag en flexibele energielevering.
Het moet een publieke omgeving worden met een markante uitstraling. Omwonenden en (binnen)huisarchitecten hebben al van gedachten gewisseld.
De Energiebrouwerij zou in 2021 open moeten gaan.
Een korte nabeschouwing Twee opmerkingen.
De eerste is of het hele project organisatorisch en energetisch haalbaar is (financieel is voor mij niet te beoordelen). Mijns inziens zit het project organisatorisch, in elk geval op papier, goed in elkaar. Wat er feitelijk achter de schermen gebeurt onttrekt zich aan mijn waarneming, maar er zijn geen aanwijzingen die op interne ellende wijzen. Als de vergunning voor het zonnepark en de windturbine definitief zijn, is daarmee in elk geval de jaarlijkse elektriciteitsbehoefte gemiddeld ruim afgedekt (met reserve voor de nieuwe warmtepompen). Praktische zaken als de capaciteit van Enexis en eventuele eigen elektriciteitsopslag worden op de site niet behandeld. Mogelijk komt dat nog. Het warmteverhaal is op dit moment, vanwege het ontbreken van concrete cijfers, nog niet beoordeelbaar. Het is aannemelijk dat TEO zal werken en flink zal opleveren, maar meer dan dat valt op dit moment niet te zeggen. Geothermie in Terheijden is een open vraag.
De andere is of de Terheijdense aanpak model kan staan voor heel Nederland. Nee, niet omdat het model slecht is, maar omdat het noodzakelijkerwijs beperkingen kent. Dat valt de initiatiefnemers niet aan te rekenen. Een van de beperkingen is dat het project, ook binnen Terheijden zelf, alleen over de gebouwde omgeving gaat en bijvoorbeeld niet over verkeer en vervoer. Binnen de ruimere schaal van de hele gemeente Drimmelen neemt het project bijvoorbeeld ook niet de grootverbruikers in de landbouw mee. Een andere beperking is dat de Mark een specifieke, eindige energiebron is. Het is niet bewezen, maar wel aannemelijk dat Terheijden genoeg warmte uit de Mark kan halen voor eigen gebruik. Het is al iets minder aannemelijk dat dat voor de hele gemeente Drimmelen zou lukken, en nog minder aannemelijk als bijvoorbeeld ook Breda warmte aan de Mark gaat onttrekken. Net als de Maas steeds verder opwarmt door de warmtelozingen van de kerncentrales onderweg, kan de Mark steeds verder afkoelen door de onttrekkingen onderweg.
Hoe dan ook beslaat het totaal aan Nederlandse woningen slechts ongeveer 12%, en de totale Nederlandse gebouwde omgeving slechts ongeveer 20% van het totale Nederlandse energiebudget . Er zijn mensen die denken dat je er bent als je alle huizen geïsoleerd hebt, maar dat is veel te simpel. Het probleem is zeer veel groter dan alleen de woningvoorraad, en dus ook zeer veel groter dan met alleen burgercoöperaties kan worden opgelost.
Een deel bestaat uit gangbare problemen. Bij het graven is munitie gevonden uit de Tweede Wereldoorlog. De Traaise windturbine is een van de zes windturbines die bij Zonzeel langs de A16 staan (het B-cluster). De Raad van State heeft een aantal bedenkingen geformuleerd tegen het A16-plan. Die zijn niet fundamenteel, maar de provincie moet er een antwoord op verzinnen en dat kost weer tijd. Voor wat de povincie ervan vindt, zie www.brabant.nl/actueel/nieuws/ruimtelijke-ontwikkeling/2020/raad-van-state-in-basis-akkoord-met-plan-windenergie-a16 .
Het vervelendste is dat de rechter de vergunning blokkeert voor zonnepark De Bergen. Er gaat een heel verhaal aan vooraf over hoe de gemeente Drimmelen eerst heel veel zonneparken wilde en, na protesten, uiteindelijk maar 10 hectare die men ondershands aan het Traais Energie Collectief gegund had. Maar er was een Italiaanse zonneparkenboer (NaGa Solar) die in de begintijd al een claim op veel meer lappen in de toen nog veel grotere opzet geclaimd had. NaGa Solar vond dat zij evenveel recht hadden op de 10 hectare die overbleef en er op dezelfde manier mee om konden gaan als het TEC dat van plan was. De gemeente Drimmelen had zijn wensen niet secuur genoeg in beleid omgezet. Wat er stond, had een te algemeen karakter waardoor iedereen aan kon voldoen. Dd dit commentara was nog niet duidelijk wat het TEC ging doen.
Het probleem zou niet bestaan als de productie en levering van energie in dit land niet als een commerciele dienstverlening gedefinieerd was, maar als een openbare Nutsverplichting die daarom niet aanbestedingsplichtig was.
Boven: de Mark bj Terheijde (foto bgerard) Links: plattegrond van de windturbines langs de A16. Een van de zes molens in cluster B is van het TEC
De N69 is de provinciale weg, die nu vanuit Belgie, dwars door Valkenswaard en Aalst, naar Zuid-Eindhoven leidt. In de bebouwde kom van Valkenswaard en Aalst zorgt de weg voor veel overlast en vervuiling. Daarover wordt al decennia gediscussieerd. De provincie heeft er uiteindelijk toe besloten om een Westelijke omleiding bij Dommelen (een deel van Valkenswaard) te maken, de Westparallel. Daarover is eveneens decennia lang gediskussieerd. Er is langdurig actie gevoerd, want de oplossing is niet ideaal. Geen enkele oplossing van Dommelen is ideaal, want de wijk ligt midden in de Ecologische Hoofdstructuur.
Ik heb meegedaan aan die acties, zie www.bjmgerard.nl/?p=2894 Uiteindelijk staat er nogal wat nieuwe natuur tegenover de verloren natuur
Uiteindelijk is de knoop doorgehakt en wordt de weg aangelegd. Het is nog spannend hoe het met de aansluiting van de weg bij De Koningshof bij Veldhoven moet vanwege de PAS. Ik ga er nu even van uit dat men daar wat op vindt.
Vervolgens vind ik de wijze, waarop het indertijd door mij niet gewenste project aangelegd wordt, wel goed. In de Nieuwsbrief van het N69 – project dd 08 april staat een verhaal. Ik neem dit over.
Boskalis
Nederland wil nog dit jaar de schop in de grond steken voor de aanleg van de
Nieuwe Verbinding N69. De aannemer heeft daarbij een weg voor ogen die
uitblinkt in duurzaamheid.
Boskalis
bood de beste prijs-kwaliteitverhouding bij de Europese aanbesteding.
Christophe van der Maat, Gedeputeerde van provincie Noord-Brabant: “We hadden
de aannemers uitgedaagd om ook slimme oplossingen te bedenken op het gebied van
duurzaamheid. Deze aannemer viel op door met name hun aanpak om de N69
energieneutraal te maken én door veel aandacht te geven aan innovatie,
duurzaamheid en de omgeving.”
Er worden
zonnepanelen geïntegreerd in de zichtschermen van de beekdalbruggen die genoeg
energie opwekken om alle installaties op en onder de weg van stroom te
voorzien. Christophe van der Maat: “Persoonlijk ben ik erg gecharmeerd van dat
idee. De zonnepanelen gaan jaarlijks 30.000 kWh groene stroom opwekken: meer
dan genoeg voor alle weggebonden installaties. Een energie-neutrale N69 past
bij de ambitie van de provincie om onze infrastructuur zo duurzaam mogelijk aan
te leggen en te beheren.”
Oog voor natuur, milieu en omgeving
Het streven
is dat de nieuwe weg zo min mogelijk impact heeft op het natuurlijk landschap
en de leefomgeving van dieren. Daarom is gekozen om extra faunatunnels en een
ecoduiker aan te leggen. Er komen ook extra passeermogelijkheden voor
vleermuizen, vogels, kleine zoogdieren en insecten. Bomen die voor dit project
moeten wijken worden langs de nieuwe weg ruimschoots gecompenseerd en er wordt
in de omgeving van het tracé naar een functie gezocht voor het hergebruik van
het hout.
Bij de
aanleg wordt op grote schaal aan de slag gegaan met biobased materialen (groene
grondstoffen). Zo draaien de bouwmachines niet op fossiele, maar op
biobrandstof. En er is ruimte voor innovatieve pilots op het gebied van
biobased en circulaire materialen.
Uitvoering
De hinder
voor de omgeving als gevolg van de aanleg van de weg moet minimaal zijn.
Bouwverkeer rijdt straks over een speciaal aangelegde bouwweg, om de omliggende
kernen te ontlasten. Tijdens de bouw van de nieuwe N69 worden elf van de twaalf
kruisende wegen opengehouden. Voordat de werkzaamheden eind dit jaar
daadwerkelijk beginnen, worden omwonenden hierover door de provincie en
aannemer uitgebreid geïnformeerd. Eind 2021 moet de weg gereed zijn.
De SP-fractie in PS heeft twee keer een werkbezoek aan Boxtel gebracht om bijgepraat te worden over de duurzame energieplannen. Eerst over de algemene lijn en daarna over het biomassaplein. De gemeente voelt zich erfgenaam van de Kleine Aarde en vindt dat daar grote ambities
bijhoren.
Maar kan dat, Boxtel ècht energieneutraal in 2040? En is Nederland ècht energieneutraal als alle gemeenten energieneutraal zouden zijn?
Nederland is meer dan de som der gemeenten Boxtel is 0,18% van Nederland en evenredig goed moeten zijn voor 6,0PJ. In praktijk is Boxtel goed voor de helft, nl 2,83PJ. Een aantal centrale
diensten worden niet aan Boxtel toegerekend.
De som van alle gemeenten is dus niet Nederland, tenzij (bijvoorbeeld) de gemeente Haarlemmermeer Schiphol erbij pakt en (bijvoorbeeld) de gemeente Utrecht het spoorwegnet. Uiteraard is het niet realistisch om dat te verwachten.
Wat Boxtel wil en wat Boxtel realiseert Boxtel wil in 2020 op ca 25% energieneutraal zitten en hoopt dat de technische vooruitgang daarna meehelpt om voor 2040 de rest te halen. Daar zit iets in: er is bijvoorbeeld nog veel winst te verwachten in het rendement van zonnepanelen.
De gemeente is slechts baas over zijn eigen 2% van het energiebudget. De rest van de taak ligt dus bij anderen, zoals de woningbouwvereniging Sint Josef of de Boxtelse bedrijven. Dwang is niet mogelijk. De gemeente moet het hebben van overreding, vergezeld van subsidie.
Op zich kan er wel wat op woninggebied Dat is vooral in de bestaande bouw van belang, want veel nieuwe woningen worden er niet gebouwd. Een beter energielabel voor een flink deel van de bestaande bouw klinkt voorstelbaar. Of het werkelijk kan, wordt niet doorgerekend.
Daarmee is de grootste zwakte van het Boxtelse beleid genoemd. Er wordt te weinig gerekend. Of het nu gaat om “energieproductiefaciliteiten” die 20% van de energie van de woningvoorraad moeten gaan opwekken, of dat het gaat om een warmtenet dat de afvalwarmte van het datacentrum van de Rabobank nuttig moet gaan verspreiden, er zijn geen cijfers en geen business modellen. De teksten zijn ambitieus, maar te vrijblijvend ten aanzien van de uitvoering.
Idem het biomassaplein. Men vindt op de site van de gemeente Boxtel nergens een kwantitatieve doelstelling. Als men de inmiddels failliete onderneming TripleE moet geloven (ca 570 ton vers snipperhout per jaar, aangevuld met ongeveer het tienvoudige van Staatsbosbeheer e.a.), dan kan het snipperhout ongeveer goed zijn voor 1,5% van het huidige Boxtelse energiebudget.
Conclusie De conclusie is dat Boxtel geprezen moet worden voor zijn inzet, maar misschien wat minder woorden en wat meer berekeningen en bedrijfsplannen zou moeten produceren
(dit verhaal is een samenvatting. Het volledige verhaal is te lezen op –> Energieneutraal Boxtel